JOEP SCHOLTEN – KRASSEN OP DE ZIEL – 2

MEISJES UIT VERVLOGEN DAGEN2Joep Scholten
MEISJES UIT VERVLOGEN DAGEN
uitgeverij Sylfaen / ISBN 978-94-6217-079-7 / € 22,90

Hoofdstuk 8 – Krassen op de ziel – 2e deel

Hoe is het in die meidagen thuis in Doetinchem en Arnhem? Maken ze zich zorgen, slapen ze er slecht van? Die vraag speelt onophoudelijk door mijn hoofd. Ook nu nog vind ik het vreemd dat mijn moeder er nooit een woord aan heeft verspild.
Ook van mijn oma Scholten hoor ik nooit iets dat wijst op permanente ongerustheid. Of het zou haar gezicht moeten zijn, haar oogopslag dat in plaats daarvan sprak. Oma Scholten is een ‘prakkezeerder’. Een mooi woord voor een hoop slapeloze nachten. Hele buisjes Chefarine 4 sloeg ze naar binnen om de kwellende koppijn te onderdrukken. Maar geen woord over wat haar heeft beziggehouden als ‘onze J’han’ , zoals ze mijn vader altijd noemt, daar voor soldaatje speelt. Misschien is het ook wel een veronderstelling van iemand die hun geschiedenis later uit de boeken las, voorzien van allerlei details en commentaren. De soldaten aan de Grebbeberg hebben indertijd andere zorgen. Dagelijks zijn ze bezig om hun eigen stellingen te graven en zo’n hele dag zwaar werk laat weinig energie over om je zorgen te gaan maken. Misschien geloven ze diep van binnen ook liever dat er geen oorlog komt. Welk referentiekader hebben ze immers? Ik realiseer me dat ik hier oordeel over net twintigers, die vrijwel nooit een boek lezen en slechts spaarzaam de krant. Bovendien kent Nederland geen geschiedenis van oorlogvoeren. Wel gaat mijn vader graag en zo vaak mogelijk naar de film. Hij vertelt erover en dankzij die verhalen ken ik bijna alle filmhelden uit de jaren dertig. Echter, nooit een woord over eventuele beelden die het filmjournaal voorafgaand aan de hoofdvertoning laat zien van een Duits leger dat Wenen of Praag binnenmarcheert. Dat soort nieuws maakt geen schijn van kans tegen de schoonheid van Marlene Dietrich of de stoerheid van Hans Albers. Het leven lijkt dan veel overzichtelijker. Bovendien hebben ze genoeg te eten en een baan, terwijl op dat moment veel leeftijdgenoten van de steun trekken. Als dan ook nog de liefde je toelacht, oogt de toekomst voornamelijk zonnig en is je zorgen maken over onbekende zaken een en al verspilde moeite. In ieder geval past dat helemaal de manier waarop mijn moeder in het leven staat.
Ook van de familie Van den Broek zijn er geen geluiden te bespeuren die wijzen op grote bezorgdheid over het wel en wee van hun oudste zoon. Jaap, net twintig en opgeroepen voor zijn militaire dienstplicht, rolt vrijwel naadloos in de mobilisatie en marcheert weldra richting Grebbeberg. Voor de Arnhemse jongen moet de kazerne bijna om de hoek van het ouderlijk huis hebben gestaan.
87 - Sientje, Gerretje en Gert anno 193917 - Sientje anno 1939 waarschijnlijk tijdens bezoek aan Johan op de Grebbeberg
Samen met haar aanstaande schoonzusje Gerretje bezoekt Stientje soms de Grebbeberg, waar Johan en Gert eind 1939 en begin 1940 gelegerd zijn.

Al langer speel ik met de vraag of mijn vader Johan, mijn oom Gert en Coba’s broer Jaap elkaar hebben gekend? Van alle drie is bekend dat ze hun vuurdoop op de Grebbeberg kregen, maar hun verhalen, voor zover ooit verteld of later gereconstrueerd, kennen net zoveel verschillen als overeenkomsten. Ook van Jaap zijn er foto’s. Ik stuur de foto’s van mijn vader naar Makkie en hoop op herkenning. In elk geval komt het jaargetijde op de achtergrond bij alle foto’s overeen. Nadrukkelijk aangescherpt door het zwart-wit van de fotografie uit die dagen tonen de bossen zich levenloos. Het heeft veel weg van de stilte voor de storm. Zou ik kunstcriticus zijn, dan liet de bestudering van deze foto’s mij geen andere oordeel dan te spreken over het dreigende onheil dat onder de oppervlakte het geheel een diepere lading geeft. Het ongewisse van een voortschrijdende tijd zal weldra in nooit eerder vertoonde explosies alle aandacht voor zich opeisen. De serene gezichten van de afgebeelde personen zetten de niets vermoedende kijker echter op het verkeerde been. Op 10 mei 1940, de vrijdag voor Pinksteren, is het raak.

In de jaren vijftig lijkt de oorlog vergeten. Ik zit in de eerste klas van de hbs, voetbal bij de pupillen van De Graafschap en etaleer een speelsheid, die zelfs in mijn laatste jaar van die school nog aanleiding is voor een speciale vermelding op mijn rapporten. Toch hindert het me niet een nooit aflatende interesse voor de Tweede Wereldoorlog te ontwikkelen. De kiem ligt in een serie uitzendingen op de Duitse tv: ‘Das Dritte Reich’. Dertien afleveringen zijn het en met name deel negen over ‘Die Endlösung’ hakt erin. Ademloos onderga ik die zinsbegoocheling en realiseer me voor het eerst dat de keiharde werkelijkheid probleemloos overtreffende trap speelt van elk menselijk voorstellingsvermogen. Aan het eind van die aflevering schuifelen uitgehongerde figuren in streepjespakken door het beeld. Ooit waren ze mens. Nu huilen ze of doen een poging daartoe, terwijl bulldozers stapels uitgemergelde lijken voor zich uitduwen in een haastig gegraven kuil. De aanblik bijt zich vast in mijn systeem, sindsdien wil ik er alles van weten. Mijn trouwe metgezel daarbij wordt de grote Bos Atlas. Ik zoek ze op, de plaatsen die draaipunten zijn geweest in de massavernietiging. Belzec, Chelmno Majdanek, Treblinka, Sobibor en natuurlijk Auschwitz hameren zich voor eeuwig in mijn geheugen. Die documentaire op de Duitse tv is een keerpunt, want onversneden toont het me een verleden dat een kleine drie jaar voor mijn geboorte eindigt, maar als leed nauwelijks een einde kent. Misschien omdat ik het probeer te begrijpen of simpelweg uit ordinaire nieuwsgierigheid blijf ik erin graven.
Van mezelf moet ik Duits leren verstaan, liefst ook nog spreken. Of ik daarom de uitzendingen van de Peter Frankenfeld shows probleemloos uitzit of de Willy Millowitsch-humor probeer te appreciëren? Ze hebben in elk geval als resultaat dat ik de taal al snel net zo goed versta als Nederlands. Natuurlijk ben ik ook Conny Froboess en Peter Kraus veel dank verschuldigd, trouwens Chris Howland evenzo. Zijn bijzondere tongval vormt een categorie apart. In tegenstelling tot de Nederlandse tv schaamt men zich in Duitsland niet voor dialecten. Behalve in het Hoch-Bayerisch ontgaat me in die andere dialecten vrijwel niets meer. Zes zondagmiddagen ga ik ervoor zitten, want de serie ‘So weit die Füsse tragen’ wordt uitgezonden. Voor de buis leef ik mee met een in Rusland krijgsgevangen gemaakte Duitse soldaat. Op een dag neemt Clemens Forell, dat is zijn naam, de benen uit een Siberische gevangenkamp en wordt zijn avontuurlijke reis naar huis gevolgd. Natuurlijk pak ik opnieuw de atlas en teken denkbeeldig de weg die hij aflegt tot hij eindelijk via Teheran een vrijgeleide naar Duitsland krijgt. Zes afleveringen lang zie ik hem worstelen door een even mooi als meedogenloos landschap. Later realiseer ik me dat die beelden ook de genadeloosheid van Stalins terreur laten zien, want een mensenleven telt niet in de Goelag Archipel. Heel lang, feitelijk veel te lang, is dat aspect van de Sovjet-ideologie buiten het bereik van de camera’s gebleven. Hoewel ook het Duitse leger driftig meedeed aan het vermoorden van burgers, ontwikkel ik geen antipathie tegen Duitsers, zelfs niet na de al genoemde ontmaskering in aflevering ‘Die Endlösung’? Waarom niet?
Rond diezelfde tijd zie ik een andere Duitse film, ‘Die Brücke’ . Daarin wordt akelig duidelijk gemaakt hoe schaamteloos een ideologie volwassen mensen en zeker kinderen kan manipuleren. Ik versta hen, die leeftijdgenoten in die film, ik proef hun angst en ik stel me voor hoe het zou zijn als ik iets eerder en op een andere plek was geboren. Nee, ik begrijp niet zo veel van de antipathie tegen Duitsers in het algemeen. Ik kan me ook niet herinneren ooit het woord ‘rotmoffen’ in de mond te hebben genomen. Nadrukkelijk speelt daarin mee dat ik bij mijn vader nooit iets heb geproefd van een diep gekoesterde wrok.
In plaats daarvan wordt mijn nieuwsgierigheid alleen maar meer geprikkeld. Meer dan ik al deed, kijk ik om me heen. Zoals die eerste keer over de grens. Het is in het voorjaar van 1960 als ik samen met mijn vader op weg ben naar Emmerik. Voor m’n verjaardag is me een echte Lederhose beloofd en die gaan we nu kopen. Ik zal het exemplaar jaren met veel plezier dragen, want de broek was mooi. Tijdens een reünie van mijn middelbare school herinnert een oud-klasgenoot mij aan die ene jongen die een echte Lederhose droeg. Kennelijk werd ernaar gekeken en ik realiseer me dat ik daar nooit een seconde over nagedacht heb, laat staan me ervoor heb geschaamd. Ook ben ik er nooit voor gepest.
De mevrouw die ons in de winkel hielp was buitengewoon vriendelijk. Twintig jaar daarvoor, bijna op de dag gelijk, schoot mijn vader op haar landgenoten. Misschien is er wel een familielid van haar bij geweest, heeft hij hem geraakt of nog erger! Misschien heeft dat familielid wel Nederlandse soldaten doodgeschoten. Ze weten het niet van elkaar en natuurlijk vraag je er ook niet naar. Zo blijft de reden om elkaar iets kwalijk te nemen ver weg in het onderlinge contact. Ik herinner me haar vooral van de manier waarop ze probeert Nederlands te praten. Tegelijkertijd gniffel ik om de wijze waarop mijn vader af en toe een Duits woord gebruikt. Bij geen van beiden proef ik iets waarvoor ik later een grote afkeer ontwikkel, namelijk dat overdreven nationale sentiment of nog erger, die nationalistisch gestuurde rancune. De dame tegenover ons is gewoon een aardige mevrouw die net over de grens echte Lederhosen verkoopt. Misschien luistert en kijkt ze ’s avonds wel net als wij naar dezelfde tv-programma’s waar Freddy Quinn of Lale Andersen hun liedjes zingen. In ieder geval doet ze vreselijk haar best het ons als ‘Holländische Kunden’ naar de zin te maken.

82 - Johan en Gert tijdens de mobilisatie liggend ergens op de Grebbeberg
Gert en Johan aan de Grebbeberg, begin 1940

Dit item was geplaatst door Muis.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

%d bloggers liken dit: