VLUCHTELINGEN EN ECONOMIE 1

Veel Europese leiders hebben de vluchtelingen beschreven als een last. Maar er zijn goede redenen om aan te nemen dat deze immigranten aan Europa meer zullen bijdragen dan ontnemen. Tal van onderzoeken hebben uitgewezen dat immigranten de economische groei versterken door het arbeidspotentieel en de consumptie te vergroten. Ze betalen in het algemeen meer aan belasting dan ze kosten aan uitkeringen. Zelfs een grote toestroom aan immigranten betekent niet minder banen, want de economie kent geen bovengrens aan het aantal banen. Minder geschoolde immigranten nemen doorgaans banen aan waar moeilijk mensen voor te krijgen zijn.
Een rapport van vier economen liet vorig jaar zien dat immigratie in negentien van de twintig onderzochte geïndustrialiseerde landen ten goede komt aan de lokale bevolking. Immigranten kunnen vooral belangrijk zijn voor landen als Duitsland, met een laag geboortecijfer een een verouderde bevolking. Dat land is nu al afhankelijk van werkkrachten uit andere EU-landen. Maar omdat de bevolking in heel Europa veroudert, moet Duitsland daarbuiten arbeidskrachten zoeken.
Sommigen, vooral Groot-Brittannië, noemen immigratie ‘uitkeringstoerisme”. Maar daar is weinig bewijs voor: immigranten uit de rest van Europa betalen bijvoorbeeld meer belasting dan ze ontvangen aan Britse uitkeringen. Als de Britten de immigratie met 50% terugschroeven, zoals premier David Cameron wil, zou het bruto binnenlands product teruglopen en de regering gedwongen zijn de belastingen te verhogen om de begroting sluitend te krijgen.
Het is in het Westen politiek moeilijk geworden een positieve immigratiepolitiek voor te staan, grotendeels omdat tegenstanders erin geslaagd zijn de nieuwkomers als een economische en sociale last af te schilderen. Maar hun ongeldige argumenten schaden zowel de economie als de levens van miljoenen, die proberen oorlog en armoede te ontvluchten.

Uit: The New York Times, 2015 (maar nog steeds actueel)