WILLEM BASTIAAN THOLEN
Willem Bastiaan Tholen (Amsterdam, 13 februari 1860 – Den Haag, 5 december 1931) was een Nederlands kunstschilder. Tholen werd in 1860 in Amsterdam geboren als zoon van de schilder en latere kunsthandelaar Pieter Hendrik Hermanus Tholen en Johanna Maria Arendsen. Hij groeide op te Kampen in een artistiek milieu. Hij werd opgeleid aan de Rijksakademie van beeldende kunsten in Amsterdam, waar hij de M.O.-akte tekenen behaalde en aan de Polytechnische School in Delft, waar hij de M.O.-akte rechtlijnig tekenen behaalde. Hij kreeg onder anderen les van Paul Joseph Constantin Gabriël. In Delft kreeg Tholen les van Adolf le Comte. Tholen vestigde zich na zijn opleiding als tekenleraar in Gouda en daarna in Kampen. Hij woonde en werkte vervolgens in verschillende plaatsen in Nederland. De natuur vormde voor Tholen de grootste bron van inspiratie.
Tholen trouwde in 1886 met Jacoba Suzanna Muller, die in 1918 overleed. Hij hertrouwde in 1919 met Lita de Ranitz, een vermaard verzamelaarster van poppenhuizen en de dochter van Jhr. Sebastiaan Mattheus Sigismund de Ranitz (Nijmegen, 16 mei 1846 – 30 oktober 1916), de adjudant van koning Willem III en grootmeester van koningin Wilhelmina, dienstdoende bij koningin-moeder Emma. Een man die een sleutelrol speelde in de zogenaamde Adjudantenkwestie in 1894, een kleine kwarteeuw voordat Tholen zijn schoonzoon werd. Tholen woonde en werkte in Den Haag op de zogenaamde Kanaalvilla. In de periode 1830-1862 werd in Den Haag het Kanaal gegraven, dat een belangrijke verbinding vormde tussen Den Haag en Scheveningen. Het stadsbestuur zag de oevers van deze nieuwe waterweg als geschikte bouwgrond voor zogenaamde kanaalvilla’s. Welgestelde burgers verkozen een ruime, groene woonomgeving boven de steeds drukker bevolkte stad. Ter hoogte van het latere Madurodam bevond zich vroeger de Witte Brug. Ook hier stond een kanaalvilla, waar in 1890 Willem Bastiaan Tholen kwam wonen. In 1919 trok zijn tweede vrouw Lita de Ranitz bij hem in. Achter zijn villa had Willem Tholen een vrijstaand atelier. Lita de Ranitz heeft een poppenhuis van het atelier laten maken, die te bewonderen is in het Haags Historisch Museum), waar haar collectie is ondergebracht.
Tholen was lid van de kunstenaarsgenootschap Pulchri Studio en Hollandsche Teekenmaatschappij in Den Haag. Zijn werk werd in 1903 bekroond met de Gouden medaille, beschikbaar gesteld door prinses Emma. Hij overleed in december 1931 op 71-jarige leeftijd in zijn woonplaats Den Haag. Hij werd begraven op de Nieuwe Begraafplaats aan de Soerenseweg in Apeldoorn in het graf van zijn vader.