CHRIS HOOIJKAAS

Chris Hooijkaas (Rotterdam, 6 januari 1861 – Rotterdam, 15 oktober 1926) was een zakenman en een voormalig zeiler uit Nederland. Hij hoort tot het drietal Rotterdamse zeilers (Henricus Smulders, Arie van der Velden en Christoffel Hooijkaas) die samen het eerste Nederlandse team dat ooit Olympisch in actie kwam. Die dezelfde speler was de Haagse schermer Van Nieuwenhuizen de eerste individuele schermer. Op de eerste zeildag van de Olympische Spelen 1900 te Parijs (20 mei 1900) eindigde het trio met hun boot nog in de achterhoede, maar uiteindelijk zouden ze in de uitslag in de categorie 3-10 ton de tweede plaats bezetten. Bevestiging daarvan is op de website van die Spelen op Wikipedia (Nederland op de Olympische Spelen 1900) terug te vinden. Hun tweede plaats stond destijds niet gelijk aan een zilveren medaille, want medailles werden niet uitgereikt bij de tweede officiële Zomerspelen, waar Nederland voor het eerst zijn olympische opwachting maakte. In plaats daarvan ontving Smulders, eigenaar van de boot, bij dit zogeheten ‘amateuristische sporttoernooi’ als beloning een bedrag van achthonderd Franse francs. Na een vierde plaats in een andere race mocht hij nog eens zeshonderd francs in ontvangst nemen. Ongetwijfeld zal Smulders het bedrag hebben gedeeld met zijn bemanningsleden Hooijkaas en Van der Velden. In De Sportwereld verscheen een artikel over dat Olympisch avontuur, met verwijzing naar een boek dat Ton Bijkerk schreef: Olympisch Oranje (2012), waaruit ik eerder opmaak dat er twee races waren die als vierde en tweede werden beëindigd, maar niks wordt meegedeeld of dat ook een tweede plaats betekende in de eindrangschikking (als die er al was).

Drie avontuurlijke Rotterdammers doen in mei 1900 mee aan zeilwedstrijden op de Seine bij Meulan ter gelegenheid van de Wereldtentoonstelling in Parijs. Een sportief uitje is het, gekoppeld aan de zakelijke belangen van Henri Smulders. Zijn metgezellen zijn Chris Hooijkaas en Arie van der Velden. Hun belangstelling is waarschijnlijk gewekt door (schaarse) publicaties in Nederlandse media. Op 27 januari 1900 kondigt het weekblad Nederlandsche Sport aan: ‘Zeilwedstrijden in Meulan, ter gelegenheid van de Parijsche Tentoonstelling. Aan prijzen zal voor frs 50.000 uitgeloofd worden.’ Het prijzengeld wordt anderhalve maand later, zowel in Nederlandsche Sport van 10 maart als Het Nieuws van den Dag van 13 maart, extra benadrukt als stimulans tot deelname van Nederlandse zeilers. ‘Als de eigenaren van jachten, zooals onder meer Mascotte, Zwaluw, Go-ahead, enz. besluiten konden er aan deel te nemen, twijfelen wij niet of zij zouden een goed figuur maken en een flink bedrag der waarlijk niet minne prijzen thuisbrengen. Wij hopen, dat de eigenaren dit eens ernstig in overweging zullen nemen, daar het, van alle zijden bezien, ons niet onvoordeelig lijkt.’
Op 19 mei begroet Nederlandsche Sport juichend de inschrijving van Henri Smulders. ‘De heer H. Smulders te Rotterdam heeft zijn yacht Mascotte voor de wedstrijd te Meulan ingeschreven. Bravo, heer Smulders! Van harte hopen wij dat u succes zult hebben, doch mocht zulks onverhoopt het geval niet zijn, dan verdient uw streven om onze Hollandsche vlag in den vreemde te ontplooien, waardeering.’ Het enthousiasme geldt alleen de dan 36-jarige Henri (1863-1933). Zijn kompanen Chris Hooijkaas (1861-1926) en Arie van der Velden (1881-1967) worden nog niet genoemd. Hun deelname raakt pas tijdens de wedstrijden zelf bekend.

Smulders meldt zich met zijn sharpie Mascotte aan voor de ‘open’ wedstrijd en de klasse 3-10 ton. De Mascotte, een viertonner, is in Nederland gebouwd en trekt volgens het officiële Parijse verslag van 1901 bijzondere aandacht. Bij wedstrijden in Nederland en België finisht de Mascotte regelmatig voorin. Naast de zeilwedstrijden lokt de grote tentoonstelling Smulders naar Parijs. Het bedrijf van zijn vader, later bekend geworden als Gusto, maakt namelijk grote bloei door. Gusto, een samenvoeging van de voornamen van vader Guus en moeder Cato Smulders, is ontstaan in ’s-Hertogenbosch, op 20 augustus 1863 de geboorteplaats van Henri Smulders. De groei van het bedrijf (in 1978 opgegaan in IHC Merwede) maakt diverse verhuizingen noodzakelijk: eerst naar Utrecht, later naar Slikkerveer en Schiedam.
Henri (voluit: Henricus Petrus Augustinus Johannes) Smulders trekt voor het familiebedrijf de hele wereld over. Op de tentoonstelling kan het bedrijf de nieuwste versies van een baggermachine en een stoomketel presenteren. ‘Mijn vader heeft me wel eens verteld dat zijn vader voor de grote uitbreiding van Gusto rond 1900 twee hallen heeft opgekocht van een tentoonstelling in Parijs. Hij heeft die hallen daar af laten breken en in onderdelen naar Nederland laten vervoeren. Over Olympische Spelen, laat staan zeilwedstrijden in Parijs, heb ik eerder nooit iets gehoord’, vertelt kleinzoon Folke Smulders (1949) als hij in 2004 door het Brabants Dagblad voor het eerst met de olympische avonturen van zijn grootvader wordt geconfronteerd. Wat de wereldtentoonstelling voor het bedrijf verder heeft betekend, blijft onduidelijk.
Het zeilprogramma van de wereldtentoonstelling bestaat, binnen sectie VIII ‘Sport Nautique’, uit twee gedeelten met in totaal zeven disciplines. Het eerste deel, in de lichtere klassen, wordt van 20 tot en met 27 mei gehouden in een bocht van de Seine, bij Meulan, zo’n 30 kilometer ten zuidwesten van Parijs; tussen de bruggen van Meulan en Triel is een traject van elf kilometer uitgestippeld. Het tweede deel, voor de zwaardere boten, vindt van 1 tot en met 5 augustus plaats in de monding van de Seine op Het Kanaal bij Le Havre. In Meulan zijn de jachten ingedeeld in vijf klassen tussen de 0,5 ton en de 10 ton. Bij Le Havre wordt in de 10-20 ton gevaren.
Op 20 mei in de open klasse is de Mascotte een van de zeven buitenlandse deelnemers, te midden van voornamelijk Franse boten. De Nederlandse boot haalt de uitslag niet. Hetzelfde lot treft de Sans Gène, het voormalige jacht van Prins Hendrik dat onder Amerikaanse vlag vaart met de Fransman Georges Maillard als eigenaar. Het Rotterdamsch Nieuwsblad wijdt er op 23 mei 1900 een kort berichtje aan: ‘Te Meulan zijn Zondag j.l. de internationale zeilwedstrijden begonnen, die deel uitmaken van de sportfeesten, georganiseerd ter gelegenheid van de tentoonstelling. Aan den eerewedstrijd namen 64 jachten deel; de uitslag was: 1. “Scotia”, een Engelsch jacht; 2. “Aschenbrödel”, een Duitsch jacht.’
Veel Parijzenaars grijpen de vlootshow aan voor een zondags uitje naar de Seine. Nog nooit hebben ze zoveel jachten bijeen gezien, van halve tonners tot tientonners. De boten komen in groepen, per categorie, voorbij. Van sportieve strijd is nauwelijks sprake, mede omdat het vrijwel windstil is, met een sterke getijdenstroom. Stroomopwaarts krijgen de jachten amper snelheid. Zo blijft het vooral een demonstratie. Als na vier uur varen nog geen enkele boot de finish heeft bereikt, overweegt de jury even om de wedstrijd af te vlaggen. Uiteindelijk zullen alleen de eerste zeven de regatta voltooien.
Op 24 mei volgt de eerste wedstrijd in de klasse 3-10 ton. Correspondent ‘X’ doet in Nederlandsche Sport hiervan verslag, in een summiere toevoeging aan zijn bericht over de openingswedstrijd van 20 mei: ‘Het zal uw lezers waarschijnlijk wel interesseren iets van de Mascotte op de zeilwedstrijden te Meulan bij Parijs te vernemen en waar ik toeschouwer was. Aan den wedstrijd namen 64 jachten deel. De serie der Mascotte was 12 jachten groot. Bij het begin van den race was er eenige wind en ging de Mascotte juist op tijd om 1 uur 17 min. mooi door de boei en liep reeds spoedig op hare concurrenten uit. Ongelukkigerwijze trad na eenigen tijd windstilte in en was de heele race drijven, zoodat deze dag geen resultaten opleverde. Gisteren, tweeden dag, behaalde de Mascotte den tweeden prijs. P.S. Mascotte werd door den heer amateur C. Hooykaas gezeild. Ook was nog aan boord de amateur Van der Velden van R’dam.’
Het Algemeen Handelsblad roemt op 26 mei de tweede plaats als een ‘groot succes’: ‘Zeilen. Ten spijt van het ongunstige weêr heeft de derde tentoonstellingswedstrijd voor zeiljachten te Meulan waaraan o.a. de op onze wateren zoo goed bekende Mascotte van den heer H. Smulders te Rotterdam deelnam een groot succes gehad. […] Jachten van 3 tot 10 ton. 1e Fémur (Fransch) van Girardoni in 1 uur 57 min. 54 sec. 2. Mascotte van H. Smulders tijd 2 uur 15 min. 34 sec.’ De tijden komen bij lange na niet overeen met de tijden in het officiële rapport van de organisatie. Daarin finisht de Mascotte als tweede na 3 uur, 9 minuten en 45 seconden, ruim vier minuten na het Franse jacht Fémur van de Fransman Henri Gilardoni, een vijftonner. Na bijtelling van de handicaptijd, naargelang het gewicht aan waterverplaatsing, houdt de Fémur 1 minuut en 50 seconden over op de Mascotte.
Op zondag 27 mei vindt de laatste wedstrijd plaats. Het Algemeen Handelsblad meldt op 30 mei daarover: ‘Zeilen. Tal van protesten werden Zondag ll. door de verschillende deelnemers aan de Parijsche tentoonstellingswedstrijden bij Meulan ingediend. Er waren bijzonder veel belangstellende[n] en het weer was prachtig, echter niet om flink te zeilen daar eerst in den namiddag een licht briesje kwam opzetten dat de vaartuigen in staat stelde de baan geheel te vol eindigen. De uitslag was […] 3-10 ton, 1 Bona [F]ide van Howard Taylor (Eng.), 2 Turquoise van Michelet (Fransch).’ Mascotte werd ditmaal vierde, achter Gitana (Frankrijk), Frimouse (USA) en na diskwalificatie van het Franse jacht Turquoise, dat nog voor Mascotte over de finishlijn was gevaren.’
Als eigenaar van de Mascotte verdient Smulders met de tweede en vierde plaats respectievelijk 800 en 600 francs. Smulders, Hooijkaas noch Van der Velden had enig idee dat vele jaren later hun deelname aan de zeilwedstrijden bij Meulan als aanwezigheid op de Olympische Spelen van Parijs 1900 zou worden aangemerkt. En dat daarbij de vraag een rol zou spelen of door het uitkeren van geldprijzen die deelname überhaupt wel als Olympisch mag worden betiteld.
Hooijkaas en Van der Velden werden door correspondent X van Nederlandsche Sport gekwalificeerd als ‘amateurs’. Terecht, want Smulders kreeg ongetwijfeld als eigenaar van de Mascotte alle ‘niet minne’ centen op zijn bankrekening. Maar centen waarvoor? Smulders zeilde vrijwel zeker zelf niet mee, wat af te leiden is uit meerdere krantenberichten. X meldt dat het jacht door Hooijkaas werd gezeild met Van der Velden ook aan boord – Henri wordt niet genoemd. Het Algemeen Handelsblad van 27 mei noemt de Mascotte ‘van den heer H. Smulders gestuurd door den heer C. Hooijkaas’.
Het duidelijkst van allemaal is de editie van het Algemeen Handelsblad van 26 mei 1900. Uitgerekend voor de race waarin de Mascotte tweede wordt, vermeldt de krant een publiek van ‘talrijke aanwezigen’, een indrukwekkende reeks aristocraten en hoogwaardigheidsbekleders, met in hun midden H. Smulders: ‘[…] de heeren: Bar. de la Jaille, de Merillon, Jean d’Estournelle de Constant, Markies de Rochechovart, Graaf de Biré, H. Smulders, d’Andigré, Graaf de Pourtales enz., benevens de afgevaardigde der Nederl. Zeilsport jhr. W. Six.’ Daniel Mérillon is de president van het organisatiecomité en wordt in 1901 de redacteur van het officiële verslag van Parijs 1900. Hij is de opvolger van Charles de la Rochefoucauld, die in 1899 aftrad als president na interne controverses. Hermann Alexander de Pourtales uit Zwitserland is met zijn neef Bernard en Amerikaanse vrouw Hélène (Barbey) eerste en tweede in de twee races van de 1-2 tonklasse. Zij geldt als de eerste vrouwelijke Olympische kampioene. Jhr. Willem Six is sinds 1897 voorzitter van de Koninklijke Nederlandsche Zeil- en Roeivereeniging en zelf een bekend wedstrijdzeiler.
Het officieel rapport van de organisatie herhaalt een gelijksoortige ‘eretribune’ bij de wedstrijd op 27 mei, opnieuw met jonkheer Six en Henri Smulders te midden der notabelen. De conclusie laat zich raden: Henri Smulders: aanwezig ja, zeiler nee. ‘Non-sailing captain’ wordt dat wel genoemd.
Roelof Klein en François Brandt roeien in Parijs op de Seine naar het eerste Nederlandse Olympische goud (twee met stuurman) tijdens de Spelen van 1900. Tussen hen in het onbekend gebleven Franse stuurmannetje. Bron: Gedenkboek uitgegeven door het bestuur van de Delftsche Studenten Roeivereeniging “Laga” bij de herdenking van het 50-jarig bestaan op 13 april 1926. Delft: Waltman, 1926.
Christoffel (Chris) Hooijkaas is een bekend figuur in Rotterdam. Door Ton Bijkerk wordt hij een ‘zakenman’ genoemd. Volgens een gezinskaart in het gemeentelijk archief van Rotterdam is hij aanvankelijk timmerman. Later runt Hooijkaas volgens het Rotterdams Adresboek van 1925 als timmerman een aannemingsbedrijf. Na zijn overlijden op 15 oktober 1926 wordt in de Nieuwe Rotterdamsche Courant stilgestaan bij zijn verdiensten voor de vrijwillige brandweer in Rotterdam gedurende veertig jaar. ‘Als bouwkundige heeft hij bovendien bij vele branden, zijn collega’s deskundige adviezen gegeven.’ In een advertentie in het Rotterdamsch Nieuwsblad herdenken een ‘Jacht-Schipper en Personeel’ hem als hun ‘geachte patroon’, zonder het bedrijf van hun werkgever te noemen

Dit item was geplaatst door Muis.
%d bloggers liken dit: