DRABBLE 7
Het was 1967, Ellen was twintig jaar en je wilde een wereldreis maken. Maar hoe moest ze dat aanpakken. Reizen was toen ingewikkeld. Geen mobieltjes, geen Tripadvisor, amper geld, alleen als jonge vrouw. Ellen ging samen met een oude schoolvriend uit Canada en met 125 dollar in de portemonnee op stap. Eerst liftend door Europa en daarna met min of meer georganiseerd door het Midden-Oosten. Door Afghanistan en Pakistan, landen die momenteel beter gemeden kunnen worden, maar waar toen de Europese hippies nog met open armen werden verwelkomd. Niet dat het allemaal ongevaarlijk was, maar het was goed te doen.
Ellen genoot van de reis, meestal per bus of vrachtwagen. Ze had er ontmoetingen met anderen die ook op wereldreis zijn. Sommigen betrouwbaar, behulpzaam en beschermend. Met anderen was het oppassen. Hun wereld draaide om de drugs die overal ongeveer gratis beschikbaar lijken. Ze kreeg er huwelijksaanzoeken die ze beleefd wist af te wimpelen. Ze ontdekte dat voor haar het reizen het belangrijkste was, dat ergens verblijven snel saai werd en ze verder wilde, nieuwe dingen ontdekken en weer nieuwe mensen ontmoeten. Ze wist dat te bekostigen door als tekenares werken te verkopen. Tot de heimwee haar parten ging spelen.
In mei 1970 stapte ze op het vliegtuig, terug naar huis. Vijfenveertig jaar later pakte ze alles bij elkaar wat er aan herinneringen in een kast lag te wachten om verteld te worden. Haar dagboeken, tekeningen, prentbriefkaarten, krantenknipsels, folders, brieven en diverse prullaria. Ze schreef een geweldig verhaal over een avontuur van een jonge vrouw in een tijd waarin dat ongewoon was, naar landen die totaal onbekend waren en er dus geen reisgidsen bestonden, waarin de communicatie verliep via openbare telefoons, waarin geld pinnen nog moest worden uitgevonden, waarin er volop taalproblemen waren en allerlei gevaren op de loer lagen.
Voor een korte impressie van dit reisverhaal: www.uitgeverij-sylfaen.nl
Om het boek te bestellen: www.bol.com