CLAUDE MONET IN ZAANDAM 3
Claude Monet (Parijs, 14 november 1840 – Giverny, 5 december 1926), de Frans impressionistisch kunstschilder, bezocht Nederland drie keer in de jaren 1870-1880. In 1871 verbleef hij vier maanden in Zaandam, begin 1874 bezocht hij Amsterdam en in 1886 werkte hij in de bollenstreek. Monet, zijn vrouw Camille en hun zoontje Jean waren in september 1870 vanuit Le Havre naar Londen afgereisd. Dat was kort nadat de Duitse troepen in de Frans-Duitse Oorlog de hoofdstad hadden bezet. Het lijkt waarschijnlijk dat de onstabiele politieke situatie de reden was van het onverwachte vertrek, maar helemaal zeker is dat niet. Moment had op dat moment ook ernstige financiële problemen, dus dat kon evengoed de reden van de snelle vlucht zijn geweest. Het gezin zou zeven maanden in de Engelse hoofdstad blijven. Begin juni 1871 vertrok hij er echter en belandde via Rotterdam in Zaandam, waar hij zijn intrek nam in hotel ‘De Beurs’. Nog steeds leek de onstabiele situatie in Frankrijk de reden te zijn om niet direct huiswaarts te keren. Het is onduidelijk waarom hij Nederland als nieuwe locatie koos. Op 2 juni 1871 schreef hij aan zijn vriend Camille Pissarro: ‘Eindelijk zijn we aan het einde van onze reis gekomen. We hebben bijna heel Holland doorkruist en werkelijk, wat ik ervan gezien heb is veel mooier dan men zegt. Zaandam is wel heel bijzonder en er is genoeg te schilderen voor een heel leven. Ik geloof dat we een goed onderkomen hebben gevonden. De Hollanders maken een prettige en gastvrije indruk.’ Mogelijk dat zijn belangstelling voor Nederland was gewekt door Johan Barthold Jongkind, met wie hij in Frankrijk bevriend was geraakt. Ook zijn aandacht voor de verfijnde tonaliteit van de Hollandse luchten en de weerspiegelingen ervan in het aanwezige water, kan daarbij hebben meegespeeld. Monet zou ruim vier maanden in Zaandam blijven en er 25 werken produceren. Op 8 oktober 1871 verliet hij Zaandam om terug te reizen naar Parijs. Op 19 november 1871 kwam hij weer terug in Frankrijk, waar hij zich vestigde in Argenteuil. Tijdens deze verblijven zou hij 42 schilderijen maken met typisch Hollandse onderwerpen als riviergezichten met molens en bootjes, stadsgezichten van Amsterdam en tulpenvelden. In een eerste reeks van acht blogs is al bericht over alle schilderijen die Monet in 1874 in Amsterdam maakte (zes blogs), het schilderij dat hij in Zaandam maakte van juffrouw Guurtje van de Stadt (20 oktober 1854 – 5 januari 1936) en drie Zaanse schilderijen van de molen Het Oosterkattegat.
Een andere reeks van drie schilderijen maakte hij in het Westzijderveld, in het buitengebied van Zaandam met haar vele molens, pittoreske slootjes en bruggetjes. Historisch is het en groot onbebouwd gebied van de Polder Westzaan dat al in de zeventiende eeuw als zodanig bekend was. Tegelijkertijd ontstond ten oosten van de Zaan een gebied dat de naam Oostzijderveld kreeg. Het waren geen officiële namen, maar ze waren zo ingeburgerd dat ze als zodanig op alle kaarten van het Zaandam en omgeving stonden aangegeven. Westzijderveld grenst in het westen aan de bebouwing van de gemeente Westzaan en in het oosten die van Zaandam, Koog, Zaandijk en Wormerveer. Door de aanleg van de woonwijken Houtveld, Houtwerf, Westerwatering, Westerkoog en Rooswijk en het bedrijvengebied Westerspoor is het Westzijderveld in de loop der jaren aanmerkelijk kleiner dan in het verleden. Verder is het veld door de aanleg van de A8 in tweeën gesneden; het deel ten noorden van de snelweg wordt nu aangeduid met de naam Guisveld. Het Westzijderveld was vroeger een molengebied bij uitstek. Vooral de houtzaagmolens, en later de stoomzagerijen, vestigden zich in het Zaandamse deel ervan. In 1933 besloot de gemeente Zaandam tot een gemeenschappelijke regeling met Wormerveer, Koog aan de Zaan en Zaandijk die als doel had in de polder Westzaan een schutsluis in de Westzanerdijk te Zaandam te bouwen, ten westen van de spoorlijn Amsterdam—Zaandam. Daarvoor was het nodig dat de toenmalige verouderde Jaaphaversluis werd gesloopt. De schutgelden zouden moeten worden verhoogd,maar dat bleek in de praktijk geen probleem te zijn voor de industrie, die in het Westzijderveld haar fabrieken en opslagplaatsen vestigden. De houtwerven en zagerijen kregen nu een prima verbinding met de haven en het Noordzeekanaal, bovendien verliep het schutten veel sneller. In 1939 werd in de buurt van het terrein een zijsloot van de Simon Gammersloot door de gemeentereigingsdienst met vuilnis gedempt. De stort van dat huis- en straatvuil gaf nogal wat overlast voor bewoners in bepaalde straten, waarna na de oorlog het vuil naar de andere kant van de spoorlijn werd gebracht. Ook de KNVB was ontevreden met de sitiatie in de polder waar tot 1960 de voetbalclubs ZCFC en KFC in slechte velden moesten spelen. Doordat de velden vaak vanwege de drassige grond onbespeelbaar waren, hadden de beide clubs steeds een achterstand op het wedstrijdschema. In 1979 werd van het Westzijderveld een polder gemaakt om het botulisme te bestrijden. Een jaar eerder liepen de landerijen in dit gebied grotendeels onder water. Een deel van het Westzijderveld is inmiddels weer drooggelegd maar nog steeds bestaat daar het gevaar van botulisme, een waterverontreiniging die gevaarlijk is voor mens en dier. Op 11 april 1981 werd de Vereniging tot Ongeschonden Behoud Westzijderveld (OBW) opgericht op 11 april 1981 om ervoor te zorgen dat de natuurwaarden in de directe leefomgeving van de bewoners van het Westzijderveld beschermd zouden worden. De directe aanleiding van de plannen was het voornemen van de gemeente om een deel van het Westzijderveld opnieuw op te offeren, dit maal voor een ontsluitingsweg/ Met succes, want door hun inspanning werd het Westzijderveld gevrijwaard van stedelijke ontwikkeling. Nog steeds houdt de vereniging echter de vinger aan de pols om het Westzijderveld in tact te houden als belangrijke groen en natuurlijke long tussen de gemeenten Zaandam, Koog en Westzaan, als een historisch Zaans landschap met een zeer gevarieerde flora en fauna (vele weidevogels, zoals grutto, kievit, tureluur) en als gebied met veel stille recreatie: kanoën, wandelen, fietsen, schaatsen en vissen.
Monet moet het gebied in die oorspronkelijke staat hebben gezien, als ongerepte natuur met zijn slootjes, bruggetjes en slootjes. Hij maakte onder meer deze drie schilderijen in het gebied, met steeds hetzelfde bruggetje.