CIMON EN PERO – 06
Dirck Jaspersz. van Baburen (Wijk bij Duurstede (vermoedelijk), ca. 1595 – Utrecht, 21 februari 1624) was een Nederlands schilder, die gerekend wordt tot de Utrechtse caravaggisten. Al o jonge leeftijd verhuisde zijn familie naar Utrecht. In 1611 was Dirck in de leer bij de kunstschilder Paulus Moreelse,die vooral als portretschilder bekend was. Rond 1612 reisde hij via Parma naar Rome, waar hij met de Rotterdamse schilder David de Haen (Amsterdam, 1585 – Rome, 1622) samenwerkte. De Haen was een barokschilder die al op jeugdige leeftijd naar Rome ging en daar de rest van zijn leven zou doorbrengen. Van Baburen had in Vincenzo Giustiniani en kardinaal Scipione Borghese twee sterke beschermheren. In 1617 ontving hij van de Spaanse diplomaat Pierro Cussida de belangrijke opdracht om de Cappella della Pietà van de kerk San Pietro in Montorio in Rome te beschilderen. Hij vervaardigde daarvoor een monumentale Graflegging, geïnspireerd op de Caravaggio in de Vaticaanse musea. In Rome zou Van Baburen tot de oprichters van de Bentvueghels hebben behoord; zijn bijnaam was Biervlieg. De Bentvueghels was de naam van een soort broederschap van voornamelijk Noord- en Zuid-Nederlandse kunstenaars in Rome. Het werd tussen 1620 en 1627 opgericht als tegenhanger van het conservatieve Lukasgilde en zou tot omstreeks 1720 bestaan. In die pakweg honderd jaar zou het gezelschap ongeveer 480 leden hebben gehad. Het doel van het broederschap was het bevorderen van onderlinge solidariteit en het ondersteunen van leden bij ziekte en problemen, zoals conflicten met buitenlandse collega’s.
Rond 1621 keerde Baburen terug naar Utrecht, waar hij bij zijn moeder en zuster op de Jansdam ging inwonen. Hij kreeg enkele interessante opdrachten, maar stierf reeds in 1624, ongetrouwd en nog geen dertig jaar oud. De waarschijnlijke doodsoorzaak was de pest, die op dat moment in Utrecht rondwaarde. Van Baburen werd begraven in de Buurkerk in Utrecht. Na zijn dood verbleekte zijn roem snel; pas in de twintigste eeuw kwam er een herwaardering voor zijn werk op gang. Van Baburen was net als zijn Belgische collega Jan Janssens in Rome sterk onder de invloed van de stijl van Caravaggio. Hij schilderde Bijbelse en mythologische taferelen, en genrestukken met drinkers en muzikanten. Zijn stijl sluit aan bij die van een andere Utrechtse caravangist, Hendrick ter Brugghen. Van de enkele schilderijen die van Van Baburen bewaard zijn gebleven bevinden zich er enkele in het Centraal Museum en het Museum Catharijneconvent, beide te Utrecht, en in het Rijksmuseum in Amsterdam. Opvallend is dat op twee schilderijen van Johannes Vermeer (Zittende virginaalspeelster en Het concert) Van Baburens schilderij De koppelaarster uit 1622 afgebeeld, waarschijnlijk omdat het doek in het bezit van Vermeers schoonmoeder was. De versie van Cimon en Pero van Van Baburen lijkt geïnspireerd op het werk van Jan Janssens, maar Van Baburen weet er meer tot uitdrukking te brengen dat het voeden van de oude man verboden is en de jonge dochter omzichtig te werk moet gaan in de gevangenis.