WILLEM JANSSEN
Willem Gerhard Janssen (Lonneker, 11 juni 1880 – Enschede, 8 september 1976) was een verdediger van de Enschedese voetbalclub EFC PW 1885 (Enschedese Football Club Prinses Wilhelmina). De club was op 30 juni 1885 opgericht als Enschedesche Football Club en fuseerde al op 30 oktober dat dat jaar met de voetbalclub Prinses Wilhelmina. In plaats van met de lange en wat onoverzichtelijke naam wordt de vereniging normaliter aangeduid als Prinses Wilhelmina. De club won tussen 1899 en 1907 vijf keer het kampioenschap van Oost-Nederland (1904, 1905, 1906 en 1907). Bij de daaropvolgende wedstrijden om de landskampioenschappen tegen de westelijke kampioenen moest men steeds het onderspit delven. De lub speelde in 1905 de finale van de Challenge international du Nord, een pre-oorlogse voorloper van het Europacuptoernooi. Het was een jaarlijks voetbaltoernooi dat in de periode 1898-1914 werd gespeeld in de Noord-Franse steden Lille, Roubaix en Tourcoing van 1898. In de beginjaren namen er enkel clubs uit Frankrijk en België deel, maar vanaf 1905 was het toernooi ook toegankelijk voor clubs uit Zwitserland en Nederland. Tussen 1909 en 1915 was het toernooi enkel toegankelijk voor Franse clubs en Engelse amateurclubs. In 1905 wist Prinses Wilhelmina de halve finale te winnen van de Parijse club Racing Club de France Football, die in1882 was opgericht en daarmee een van de oudste verenigingen in Frankrijk. In de finale verloor Prinses Wilhelmina met 3-1 van Union Sint-Gillis uit Brussel (uit 1897), op dat moment de beste Belgische club. Ze werd tien maal nationaal kampioen (1904, 1905, 1906, 1907, 1909, 1910, 1913, 1923, 1933, 1934, 1935), en hoeft slechts Anderlecht en Club Brugge voor zich te dulden.
Uit de Revue der Sporten in 1907 dit fraaie verhaal over de eerste jaren van Prinses Wilhelmina, waarin Willem Janssen op dat moment deel van uitmaakt: ‘Ongeveer terzelfder tijd dat Willem Mulier te Haarlem het voetbalspel in 1879 invoerde, bracht J.B. van Heek van een reis naar Engeland een flinke dosis voetbal enthusiasme en een voetbal mede, en het duurde niet lang of een aantal jongelui in Enschede vermaakten zich met achter dezen bal aan te rennen en legden door de oprichting van de Enschedese Football Club de fundamenten voor het latere P.W. Ongeveer in 1883 werd naast de E.F.C. de voetbalvereeniging Prinses Wilhelmina opgericht en begon de concurrentie tusschen deze twee, die elkaar voortdurend uitdagingen zonden, waarbij zooals uit de correspondentie blijkt, zonderlinge bepalingen golden. Zoo nam de E.F.C. eens een uitdaging aan , mist 12 harer spelers zouden spelen tegen 10 der Prinses. In 85 en 86 stuurde de E.F.C. uitdagingen naar de ’s Gravenhage C.C. Olympia en later naar V.V.A te Amsterdam doch van wedstrijden kwam voorlopig niets, daar de Hagenaars en Amsterdammers wel in hun stad wilden spelen, doch niet voor de reis naar Enschede te vinden waren. Eindelijk toog de E.F.C. Prinses Wilhelmina , welke in Augustus van dat jaar was ontstaan door samensmelting der beide Enschedese clubs, naar Amsterdam en verloor met 4-0 van de V.V.A. Van dat oogenblik af deed P.W. geregeld pogingen om wedstrijden te spelen, doch door het isolement van Enschede slaagden deze niet dikwijls.
In 94-95 is Kampen verdwenen en zijn UD en Zutfania tot de competitie toegetreden waarvan de Enschedeers wederom kampioen zijn met 11 punten en een average van 34-4. In dit seizoen speelt P.W. voor ’t eerst haar wedstrijden, welke vroeger op ’t buitengoed ’t Pot gehouden werden , in het Volkspark. Het seizoen 96 tot 96 dito dito. P.W. bovenaan met 10 punten en een average van 28-16. Op 2 Febr. 1886 speelt P.W. den eersten wedstrijd tegen Duitschers en slaat te Osnabruck de Handelschule met 1-0, waar bij het elftal der ”Duitschers” bestond uit 3 Engelschen, 2 Belgen, 3 Hollanders, 1 Zweed, 1 Noor en last not least 1 dikken Duitscher die de geheele veel te kleine , goal vulde. Vandaar ook de te lage score ! P.W. verhuist in het 2e seizoen in de 1e klasse naar het nieuwe Sportterrein en wint daar het kampioen schap, de kampioensmatches tegen het toenmaals zoo geduchte R.A.P. brengen 2 nederlagen voor P.W. met 3-2 en 2-1. In het seizoen 1903 1904 staat P.W. op de eereplaats en heeft 4 malen achterelkaar het kampioenschap behaald.’
Prinses Wilhelmina, kampioen 1904-1905
Janssen, zittend 2e van rechts
Willem Janssen was de eerste speler uit Overijssel die voor het Nederlands Elftal mocht uitkomen. In 1907 speelde hij drie interlands. Op 1 april 1907 maakte hij zijn debuut in een wedstrijd tegen het nationale amateurteam van Engeland, die in een kansloze 8-1 nederlaag eindigde. Daarna speelde hij op 14 april in Antwerpen mee in een uitduel dat met 3-1 werd gewonnen en vervolgens op 9 mei 1907 in Haarlem opnieuw tegen België. Dit maal werd met 2-1 verloren van de zuiderburen (zie hier de elftalfoto van die wedstrijd).
Na amper vijf weken en drie wedstrijden zat Willems interlandcarrière erop. In die periode was in de sportkaterns de ‘Quaestie De Korver-Janssen’ een belangrijk onderwerp. Bok de Korver was in het Nederlands voetbal de sterspeler, maar na de eerste vier interlands dacht de Nederlandsch Elftal Commissie er goed aan te doen een andere speler in de verdediging een kans te geven. Dat werd Willem Janssen, die in het westen van het land totaal niet bekend was. Tot groot ongenoegen van het voltallige journaille uit de Randstad mocht Janssen drie maal in de spits staan. Hans Meerom Terwogt noemde de keuzeheren in de Nieuwe Rotterdamsche Courant een stel ‘dwaallichten. De journalist Doe Hans, een fervent Sparta-supporter en dus op voorhand vóór De Korver, brandde Janssen helemaal af. Door beide journalisten werd min of meer een hetze tegen Janssen gevoerd, waar andere journalisten zich snel bij aansloten. Vanuit Oost-Nederland werd met brieven en artikelen zeer fel gereageerd op deze artikelen in de bladen De Sport, De Sportkroniek en Het Sportblad. De Commissie besloot er een eind aan te maken door De Korver terug te halen naar Oranje. Hij zou tot 1913 vaste keuze voor de nationale ploeg blijven. Janssen, een koopman-handelaar in machines, vroeg zich in de tussentijd af wat hij in hemelsnaam fout had gedaan. Hij werd nooit meer gevraagd voor her Nederlands Elftal, waar hij zich overigens als enige niet-westerling nooit op zijn gemak voelde.