PIETER BOELMANS TER SPILL

Pieter Boelmans ter Spill (Alkmaar, 26 januari 1886 – Den Haag, 31 oktober 1954) speelde in zijn korte voetbalcarrière drie interlands, allen in 1907. Op 1 april 1907 debuteerde hij in Oranje in een vriendschappelijke wedstrijd tegen Engeland, wat op voorhand een kansloze onderneming was voor de Nederlandse amateurs. De eindstand van 1-8 was niet geflatteerd. Boelmans ter Spill was na Eddy de Neve en Mannes Francken de derde midvoor voor het Nederlands Elftal. In de beide eerste interlands in 1905 stond De Neve in de spits en was met zes doelpunten de gedroomde man om nog jaren op die positie te staan. Een militaire carrière stond dat echter in de weg. In 1906 was hij nog een keertje present, maar daarna was het afgelopen. In de beide interlands in 1906 stond Mannes Francken midvoor, maar die wist niet te scoren. Dus in 1907 mocht Boelmans ter Spill het proberen. Dat daarvoor weinig kansen waren tegen de oppermachtige Engelsen nam iemand hem kwalijk. Later dat jaar (21 december 1907) werd in Engeland nogmaals tegen de Engelsen gespeeld en kon na een 12-2 nederlaag de terugreis worden aangevangen. Daar was Boelmans ter Spill niet meer bij. Hij had ook in de twee andere interlands ( 14 april 1907, België-Nederland 1-3 en 9 mei 1907, Nederland-België 1-2) geen doelpunten gemaakt en dus kwam een direct einde aan de interlandloopbaan van de rijzige spits van HFC. De Nederlandsch Elftal Commissie wilde in eerste instantie kiezen voor een andere HFC’er gedacht: H. Oetgens van Waveren Pancras Clifford, een telg uit een Amsterdams regentengeslacht dat sinds 1815 tot de Nederlandse adel hoorde. Uiteindelijk viel de keuze op de 19-jarige Spartaan Cas Ruffelse, die in de al genoemde 12-2 nederlaag in Engeland de beide tegendoelpunten wist te maken.

Over het debuut van Boelmans ter Spill staat in het Regionaal Archief een leuke anekdote, die waarschijnlijk een broodje aap-verhaal zal zijn, want in de statistiek staat nergens vermeld dat Boelmans ter Spill vier interland heeft gespeeld. ‘Zijn debuut in Oranje was een jongensdroom. Ter Spill bezocht in 1906 als toeschouwer een wedstrijd tussen Nederland en België. Tijdens de rust werd hij door de bondscoach van de tribune gehaald om in te vallen voor de geblesseerde Mannes Francken. In de outfit en schoenen van de veel kleinere Francken wist hij driemaal te scoren, waarmee hij een plaats als midvoor in Oranje afdwong. Piet Boelmans te Spill speelde in 1907 nog driemaal voor het Nederlands Elftal’. In 1906 werd twee keer tegen België gespeeld. In Antwerpen werd op 29 april met 5-0 verloren, dus die wedstrijd kan het zeker niet zijn geweest. Op 13 mei werd in Rotterdam opnieuw van de Belgen verloren, ditmaal met 3-2. De twee Nederlandse doelpunten waren van Henk Muller (Quick Den Haag) in de 32e minuut en Ferry van der Vinne (HFC) die Oranje in de 54e minuut op een onverwachte 2-0 voorsprong zette. In het laatste kwartier scoorde België echter nog drie keer. En verder….. invallen na de rust? Tot in Boelmans ter Spill 2de zestiger jaren was hert helemaal niet toegestaan om spelers te laten invallen. Als iemand geblesseerd uitviel, werd met tien man verder gespeeld. Leuk verhaal, maar klopt dus niks van.

Nederlands Militaire Elftal
12 april 1915
Boelmans ter Spill, staand 2e van rechts

Zoals zijn achternaam al suggereert kwam ook Pieter Boelmans ter Spill uit een vooraanstaande familie in Alkmaar. Zijn vader Hendrik was er advocaat van beroep en jaren gemeenteraadslid en wethouder. De vermogende familie had in Egmond aan Zee een grote villa, waar de zomermaanden aangenaam konden worden doorgebracht. In de nacht van 2 op 3 januari 1905 stortte die villa in een vliegende storm in, nadat een voorgaande flinke storm de villa al behoorlijk had gehavend. Tot onder de fundamenten was het duin weggespoeld, zodat weinig anders restte dan de villa geheel te slopen. Er zal wel snel een nieuwe villa zijn gebouwd.

Over de voetbaljaren van Pieter Boelmans ter Spill is weinig bekend. Het is niet duidelijk gedurende welke jaren hij deel uitmaakte van de selectie van HFC. In elk geval speelt hij in 1910 voor Alcmaria Victrix, dus weer terug in zijn geboorteplaats Alkmaar. Op 27 februari 1911 trouwde hij op 29-jarige leeftijd in Groningen met de 24-jarige Jeannette Dorothée van Haaften, geboren in Vianen maar woonachtig in Groningen. Volgens de acte was hij secretaris bij de Krijgsraad en woonde in Den Haag. Dat sluit mooi aan bij het feit dat hij op 21 april 1912 in het Nederlandse Militaire Elftal tegen de Belgische militairen uitkwam. Waarschijnlijk heeft Boelmans ter Spill in Den Haag een lange ambtelijke carrière gehad binnen de landmacht. Het voetbal was slechts een gezellige tijd in de jeugdjaren, die onmiddellijk op jonge leeftijd werd stopgezet als opleiding of loopbaan daarom vroegen. Voor hem was voetbal gewoon een korte, gezellige tijd. Daar getuigt met name de foto van, die op 14 april 1907 in Antwerpen werd gemaakt. België-Nederland staat op het programma. Bij het kleedlokaal van Beerschot ligt Oranje kort voor het begin van de wedstrijd op de grond te dollen en Boelmans ter Spill heeft de grootste lol. Samen met Willem Janssen van het Enschedese Prins Wilhelmina ligt hij op zijn HFC-maatje Ferry van der Vinne.

Ned Elftal 1907

Nederlands elftal, zich ontspannend voor de interland tegen België. Van links naar rechts: Toine van Renterghem, Reinier Beeuwkes (achter), Iman Dozy (voor), Ben Stom, Louis van Gogh (achter), John Heijning (voor), Karel Heijting, Pieter Boelmans ter Spill, Willem Janssen en Ferry van der Vinne. België – Nederland (1-3, na verlenging), gespeeld op 14 april 1907 op het Beerschot-terrein te Antwerpen. Opstelling: Reinier Beeuwkes (DFC), Ben Stom (Velocitas Breda), John Heijning (HVV, aanvoerder), Karel Heijting (HVV), Willem Janssen (PW), Iman Dozy (Ajax Leiden), Toine van Renterghem (HBS), Louis van Gogh (HFC), Pieter Boelmans ter Spill (HFC), Constant Feith (HVV) en Ferry van der Vinne (HFC).

Dit item was geplaatst door Muis.
%d bloggers liken dit: