FRONTBLOEMEN (1)
FRONTBLOEMEN
De symbolen voor slaap, onschuld, hoop, vrede en dood
Vraag een willekeurige Nederlander welke bloem symbool staat voor de Eerste Wereldoorlog en het antwoord zal luiden: de klaproos. Een aardige illustratie van het feit dat de Angelsaksische wereld steeds overheersender is geworden in onze gedachtewereld. De rode klaproos van het Britse Gemenebest is namelijk de afgelopen decennia het oorlogsbloempje bij uitstek geworden.
De klaproos
De symboolfunctie van de klaproos is geen Britse uitvinding uit het begin van de vorige eeuw, want de papaver – laten we niet vergeten dat de klaproos tot de papaverfamilie hoort, die tak waaruit geen verdovende middelen konden worden gewonnen – was al heel lang het symbool voor slaap, vrede en dood. Slaap en vrede vanwege de opium die uit papaver werd gewonnen en dood vanwege de bloedrode kleur die vele soorten van deze bloemen hebben. Al in de Griekse en Romeinse mythologie komen de bloemen voor in offerandes aan de Goden en werden ze bij graven neergelegd om de eeuwige slaap te symboliseren. Ook werd in de klassieke mythologie verondersteld dat de heldere, purperen kleur de belofte van wederopstanding uit de dood aangeeft.
In West-Vlaanderen, waar tijdens de Eerste Wereldoorlog vier jaar lang verbeten is gevochten, komt de klaproos al heel lang veelvuldig voor. De arts John McCrae, die tijdens de Eerste Wereldoorlog in de Westhoek als luitenant-kolonel in het Canadese leger diende en er op 28 januari 1918 in actieve dienst zou overlijden (aan longontsteking overigens), schreef het beroemde gedicht In Flanders Fields ter ere van een in de gevechtshandelingen bij Ieper omgekomen vriend.
In Flanders fields the poppies blow
Between the crosses, row on row,
That mark our place; and in the sky
The larks, still bravely singing, fly
Scarce heard amid the guns below.
We are the Dead. Short days ago
We lived, felt dawn, saw sunset glow,
Loved and were loved, and now we lie
In Flanders fields.
Take up our quarrel with the foe:
To you from failing hands we throw
The torch; be yours to hold it high.
If ye break faith with us who die
We shall not sleep, though poppies grow
In Flanders fields.
Poppy Day
Het gedicht kreeg veel bijval en de klaproos werd per direct voor alle troepen van het Britse Gemenebest de symbolische oorlogsbloem. Sinds 1924 wordt elk jaar op 11 november Remembrance Day (ook wel Armistice Day of Poppy Day genoemd) gevierd, terwijl in Australië en Nieuw-Zeeland op 25 april ANZAC Day wordt gevierd om de oorlogsslachtoffers te herdenken. Op beide dagen wordt een centrale plaats ingenomen door de klaproos, die om praktische reden al lang niet meer voor die gelegenheden wordt geplukt, maar in grote getale van plastic wordt gemaakt. Maar ook buiten die twee dagen is dat plastic bloempje in de Vlaamse Westboek te bewonderen op elke plaats die in relatie staat met die vier catastrofale jaren. De oorsprong van het gebruik sinds 1924 is te danken aan Moina Michael uit Georgië (USA), die in dat jaar een Memorail Poppy in het leven riep. Mevrouw Michael nam overigens het initiatief niet alleen om alle oorlogsslachtoffers te herdenken, maar ook om ondersteuning te kunnen geven aan de vele invaliden die huiswaarts waren gekomen. In september 1921 werd op haar voorstel door de American Legion Convention besloten dat de invalide Amerikaanse oorlogsveteranen het alleenrecht kregen op de vervaardigen en de verkoop van de (textiele of papieren) poppies, om daarmee in hun levensonderhoud te kunnen voorzien. Het werd het startsein voor een cultus die tot op heden nog niet tot rust is gekomen en de oorlogsbloemen van de andere geallieerde landen geheel uit het historisch bewustzijn heeft verdreven.
– wordt morgen vervolgd –
Artikel verscheen eerder in Wereld in Oorlog, nr 42, december 2014