VOOR DE KAT Z’N VIOOL
Voor de kat z’n viool betekent ‘voor niets, vergeefs’, ‘zinloos’. De uitdrukking kent vele varianten; de meest gebruikte is voor de kat z’n kut, maar Van Dale (2005) vermeldt ook voor de kat z’n reet, voor de kat z’n rozijn, voor de kat z’n linkeroog en voor de kat z’n staart. Het Groot Uitdrukkingenwoordenboek van Van Dale (2006) voegt daar nog voor de kat z’n kont en voor de kat z’n kloten aan toe.
In het Woordenboek van Populaire Uitdrukkingen, clichés, kreten en slogans (2002) van Marc De Coster staat bij voor de kat z’n kut/kale: “Eufemistische synoniemen zijn voor de ka-ze-ka; voor de kat zijn blindedarm/kont/linkeroog/reet/snor/rozijn/viool enz. De twee eerste varianten zijn wellicht de oorspronkelijke, gekozen vanwege de alliteratie. Sinds de jaren zestig in zwang.”
Het Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT) vermeldt voor de kat z’n viool en varianten niet; daarvoor is de uitdrukking te jong. Wel wordt zijn kat sturen of zenden vermeld: “Een uitdrukking om te kennen te geven dat men zich vergeefs wachten laat; dat men niet komt; wegblijft.”
Ook ons aller F.A. Stoett vermeldt zijn kat/poes sturen. Dit zou vooral gezegd worden van iemand die een schuld heeft. In plaats van te verschijnen bij een bijeenkomst voor (afspraken over) de betaling van die schuld, komt hij niet opdagen. Dat zijn kat sturen van invloed is geweest op het ontstaan van voor de kat z’n kut/kale wordt overigens nergens vermeld. Zijn kat sturen is in België nog wel gangbaar, in Nederland niet.
Daarnaast bestaat ook voor de poes/kat zijn al heel lang, dat meestal met niet wordt gecombineerd: niet voor de poes zijn (‘niet mis zijn’, ‘niet met zich laten sollen’). Deze uitdrukking is ontstaan door de gedachte aan een muis of vogel, die onherroepelijk verloren is als de kat hem te pakken krijgt. Stoett vergelijkt de uitdrukking met voor het garen zijn (jachtterm) en het Zuidnederlandsche hij is een vogel voor de kat (= verloren; Welters, 95 en vgl. Schuermans, 226 a; Waasch Idiot. 329 b; De Bo, 498 a en aldaar 201 b: voor de busse (kuiltje bij ’t knikkeren) zijn, ongeneeslijk zijn, moeten sterven). Stoett wijst er verder op dat er ook de uitdrukking is Niet voor (of van) de poes zijn, wat betekent: geen kleinigheid zijn, niet eenvoudig of gemakkelijk zijn, niet mis zijn; syn. niet van de kat zijn (verouderd); vgl. Falkl. V, 206: Avonturen die lang niet voor de poes zijn; bl. 218: Deze vraag is lang niet voor de poes; Nw. School, III, 329: Maar ’t (examen) is niet voor de poes. Je moet dóórzetten; Antw. Idiot. 984; Loquela, 398. Van personen: niet van geringe waarde zijn; niet gemakkelijk zijn, zijn man staan (vgl. V. Janus, 294; 296; Molema, 330 a; Nw. School, III, 293: Nee, dan is die Pool toch niet voor de poes); eig. gezegd van spijzen, die niet aan de kat gegeven worden, dus: geen spijs zijn, die men weggooit of aan de kat geeft; vgl. het fr. c’est de la bouillie pour les chats; hd. das ist für die Katze, dat is iets van weinig waarde, van weinig beteekenis; nd. vör de Hun’n gahn (kamen), te gronde gaan (Reuter, 49 b). Synoniem was: hij is voor de plank; -voor de pieren; Harreb. II, 187 b; 180 b; Ndl. Wdb. VII, 1792; 1793; Van Eijk II, 43; Nal. 42; zie no. 741.
Dat is wat je noemt ‘de kat in het Muizenest loslaten’ :p
LikeLike