WIM GERTENBACH (06)
Willem (Wim) Johannes Gertenbach (Zandvoort, 14 maart 1904 – Leusderheide bij Amersfoort, 5 februari 1943) was een Nederlands verzetsstrijder tijdens de Tweede Wereldoorlog. Gertenbach gaf als drukker de Zandvoortse Courant uiten veroorzaakte daarmee heel wat irritatie, want hij trok erin fel van leer tegen de NSB. Max Blokzijl maakte hem verwijten over een hoofdartikel in de uitgave van 10 mei 1940. In september 1941 werd de verdere uitgave va de Zandvoortse Courant verboden. Niet lang daarna werd Gertenbach benaderd om het illegale blad Het Parool te drukken. Het blad was op 10 februari 1941 voor het eerst verschenen, als sociaaldemocratische verzetskrant die vooral op Amsterdam en omgeving was gericht. An het blad waren gerenommeerde mensen verbonden, zoals de journalist Frans Goedhart (die onder het pseudoniem Pieter ’t Hoen begonnen was met het blad, toen nog een gestencild krantje met politiek nieuws), Lex Althoff (redacteur van Het Volk), Koos Vorrink (voorzitter van de SDAP), Maurits Kann (redacteur van De Groene Amsterdammer), Jaap Nunes Vaz (redacteur van het ANP) en ‘Stuuf’ Wiardi Beckmann (hoofdredacteur van Het Volk). Hoe gevaarlijk het op grote schaal verspreiden van een krant als Het Parool was, blijkt uit het lot van de medewerkers. Bijna alle oprichters werden gearresteerd, gefusilleerd of naar het concentratiekamp gestuurd. Volgens een onderzoek in 1991 hebben in totaal bijna 80 medewerkers van Het Parool de oorlog niet overleefd. Toen Gertenbach in september 1941 de vraag kreeg voorgelegd, aarzelde hij geen moment. In november 1941 ging hij voor Het Parool aan de slag.
De interne afspraken moeten niet echt waterdicht zijn geweest, want al snel werden medewerkers van het illegale blad opgepakt. Gertenbach werd op 31 januari 1942 in Zandvoort door de Sicherheitspolizei gearresteerd, door de beruchte Haagse rechercheurs Leo Poos en Martin Slagter. Beide agenten hadden voorheen niet al te veel promotie binnen de dienst gemaakt, maar in de loop van de Tweede Wereldoorlog kwamen zij tot een voor hen ongekend hoog niveau. Slagter werd uiteindelijk Inspecteur 1e Klasse der Staatsrecherche en Oberleutnant der Schutzpolizei der Reserve en Poos bekleedde op datzelfde tijdstip de rang van Kapitein der Staatspolitie. Maar eind 1941 raakten zij, toen nog als ‘gewone’ rechercheurs van de Documentatiedienst van de Haagse Politie, betrokken bij de val die voor de twaalf toekomstige Engelandvaarders was opgezet. Tegen beide politiemensen zou in september 1948 bij de Arrondissementsrechtbank te Amsterdam de doodstraf worden geëist. Ze werden uiteindelijk tot levenslang veroordeeld en kwamen in 1963 weer op vrije voeten.
Hun directe chef verging het aanmerkelijk beter. Joseph Schreieder (München, 15 augustus 1904) was vanaf 15 augustus 1940 SS-Sturmbannführer en Kriminaldirektor van het Referat (afdeling) IV E van de Gestapo in Den Haag. Hij was een van de belangrijkste figuren van het Englandspiel (Operatie Nordpol). Met zijn 23 werknemers maakte Schreieder vooral gebruik van informatie verkregen via de arrestatie van een zestigtal geallieerde spionnen en van zogenoemde Vertrauensmänner zoals Anton van der Waals, die in verzetsgroeperingen infiltreerden. Eind 1942 werd hij als chef van Referat IV E vervangen, waarna hij zich concentreerde op het oprollen van verzetsgroeperingen die hun eigen zenders in elkaar hadden geknutseld. Bij de bevrijding van Nederland werd Schreieder gearresteerd bij de bevrijding, berecht door een Bijzonder Gerechtshof en in juli 1948 buiten vervolging gesteld. Na een beroepsprocedure werd hij in 1949 vrijgelaten. Direct na terugkeer in Duitsland werd hij aangesteld tot Oberregierungsrat van Beieren. Eind de jaren vijftig van vorige eeuw werkte Schreieder bij Radio Free Europe, een nieuwszender gesteund door de CIA die het communistische Oost-Europa van ‘ongecensureerd’ nieuws moest voorzien. Hij werkte er samen met ‘Soldaat van Oranje’ verzetsstrijder Erik Hazelhoff Roelfzema, die hij eerder had bejaagd.
Gertenbach werd ingesloten in het Oranjehotel te Scheveningen, waar hij tot 17 juli 1942 werd vastgehouden. Vervolgens werd hij overgebracht naar kamp Amersfoort en ten slotte naar het concentratiekamp Vught. Tijdens zijn gevangenschap wist Gertenbach door zijn houding en gedrag zijn medegevangenen steeds te bemoedigen. Van 14 tot 19 december 1942 stond hij in Utrecht terecht voor het Feldgericht,samen met enkele andere leden van de Parool-groep waaronder F.J. Goedhart (die opereerde onder de schuilnaam Pieter ’t Hoen). Het Feldgericht veroordeelde Gertenbach ter dood. Enkele dagen later, op 5 februari 1943, is Gertenbach samen met twaalf andere mensen van Het Parool gefusilleerd op het vliegveld Soesterberg. De twaalf anderen waren: R.W. Douma, W.F. Gerrese, W.S. Lans, A.J. van Leeuwen, H.J. Meinardi, J.C. Melkman, L.G. Rima, F. Robbe, N. Snijders, W.A. de Tello, J.B. Varwijk en J.C. Zwanenburg.
Gertenbachs vrouw en drie kinderen vestigde zich op 15 april 1943 in Haarlem, maar het noodlot achterhaalde hen. Bij een zwaar bombardement op de Amsterdamse buurt in Haarlem op 16 april 1943 kwamen ze alle vier om het leven. Gertenbach werd bij zijn gezin herbegraven op de Algemene Begraafplaats in Zandvoort (klasse 3-B, nummer 183). Wim Gertenbach kreeg postuum het Verzetskruis.
Gertenbach’s Ausweis
.
.
.
.
Drukkerij Gertenbach in Zandvoort, foto omstreeks 1938-1939.
Wim Gertenbach helemaal rechts op de foto