CHRIS VAN DEN BERG
Door de nauwe onderlinge banden met de leiding van de Ordedienst ging de Schimmelpenninck-groep geruisloos in de Ordedienst op. Joan Schimmelpenninck zou in september 1941 na de arrestatie van Pierre Versteegh, die Johan Westerveld was opgevolgd als commandant, de leiding over de Ordedienst op zich nemen. Het zou van korte duur zijn, want Schimmelpenninck werd op 13 november 1941 thuis gearresteerd. Datzelfde lot was veel andere leden van zijn groep beschoren. Zestien van hen stonden net als Schimmelpenninck terecht bij de Tweede OD-proces, werden toen ter dood veroordeeld en werden op 29 juli 1943 op de Leusderheide bij Amersfoort geëxecuteerd. Een van de zeventien terechtgestelden was:
Christiaan Frederik van den Berg (Arnhem, 27 juli 1901) was een kapitein der infanterie die actief was in het verzet in Den Haag voor de Ordedienst. Hij hield zich vooral bezig mer het verzamelen van inlichtingen. Hij was getrouwd met Cornelia Johanna van den Berg-van der Vlis die na zijn dood bij haar broer in Leeuwarden ging wonen en daar begon met verzetsactiviteiten. Ze zou later postuum worden onderscheiden met het Verzetskruis 1940-1945.
In februari 1942 was hij betrokken bij een paar belangrijke wapendroppings, maar op dat moment was zijn verzetsgroep al geïnfiltreerd door de V-Mann Mathijs Ridderhof, eerst via enkele leden van de Ordedienst in Zeeland, daarna in Rotterdam en ten slotte bij Van den Bergh. Via Van den Bergh hoorde Ridderhof over de afhaaloperatie op het Scheveningse strand en wist hij verder door te dringen in het verzet. Daardoor werden vele verzetsmensen opgepakt en uiteindelijk viel op 16 juni 1942 ook Van den Bergh in handen van de Sicherheitsdienst. Van den Berg werd gefusilleerd op de Leusderheide op 29 juli 1943. Na de oorlog werd hij postuum onderscheiden met de Bronzen Leeuw per Koninklijk Besluit van 11 september 1952. Ook ontving hij postuum het Verzets-herdenkingskruis.