SLAG OM DE AFSLUITDIJK

De Slag om de Afsluitdijk geldt in veler ogen nog steeds als een poging van nazi-Duitsland om in mei 1940 de Afsluitdijk in te nemen. Een poging die mislukte door heldhaftig optreden van de ongeveer 255 Nederlandse soldaten, onder aanvoering van Christiaan Boers, de commandant van de Stelling Kornwerderzand. Hoewel in de minderheid en minder goed bewapend, wisten de Nederlandse militairen de 1e Duitse cavaleriedivisie bij de Stelling Kornwerderzand tegen te houden. De Stelling Kornwerderzand was de verdedigingslinie op de Afsluitdijk bij Kornwerderzand (Friesland), die vanwege de aanwezigheid van de uitwateringssluizen voor de Afsluitdijk een belangrijke rol speelden bij de plannen voor een mogelijk inunderen van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Toen de Afsluitdijk was gerealiseerd, werd de Vesting Holland en de marinebasis in Den Helder kwetsbaar voor een buitenlandse aanval over land vanuit het oosten. Als een aanvallend leger de uitwateringssluizen zou veroveren, konden ze het waterpeil van het IJsselmeer laten zakken en geïnundeerde terreinen weer droog laten vallen. De stelling op de Afsluitdijk bij Kornwerderzand was een van de drie defensieve werken die dit moesten zien te voorkomen. De stelling werd in 1932-1933 gebouwd en niet als één groot en daardoor kwetsbaar verdedigingswerk, maar met gespreide opstellingen van kleine verdedigingswerken. De kazematten werden gemaakt van gewapend beton, op de meest kwetsbare plekken aangevuld met pantserstaal, en moesten bestand zijn tegen een intensieve beschieting van geschut opgesteld op diverse plaatsen langs de Friese kust. Bij het uitbreken van de oorlog waren er zeventien kazematten, verdeeld over twee kazematlinies. De eerste linie was gericht op het5t oosten, van waaruit een aanval normaliter te verwachten was. Vanuit de tweede linie kon ook het westen onder vuur worden genomen in geval vijandelijke troepen op de Afsluitdijk zouden landen en de stelling in de rug zouden aanvallen.

De Duitsers vielen Nederland op 10 mei 1940 binnen; twee dagen later waren ze bij Leeuwarden. Aangenomen werd dat zij de Vesting Holland niet alleen via het midden en zuiden van het land zouden aanvallen, maar ook via het oosten. De route zou dan via de Afsluitdijk lopen, waar zware fortificaties waren gebouwd aan de oostzijde van de dijk (Kornwerderzand), maar er was een net zo zware stelling aan de westzijde, nabij Den Oever. Volgens de gangbare lezing wilden de Duitsers, hoewel ze zeer goed wisten dat de Afsluitdijk zwaar gefortificeerd was, toch een poging doen om de Afsluitdijk over te steken. Op 12 mei 1940 kwamen ze rond vijf uur ’s middags aan bij de Afsluitdijk. De Duitse batterij bij Kornwerd werden echter vanaf de Doove Balg in de Waddenzee zwaar onder vuur genomen, zodat de Duitsers zich gedwongen zagen hun artillerie terug te trekken. Het schip werd twee dagen later door Duitse bommenwerpers bij Callantsoog tot zinken gebracht. Zeventien bemanningsleden verloren daarbij het leven. Na het afslaan van deze eerste gewapende Duitse verkenning op de dijk, waarbij een kleine formatie verkenners tot voorbij de knik in de dijk de Nederlandse stelling benaderde, werd een tweede poging voorbereid. Op 13 mei 1940 werd een zware artilleriebeschieting op de zwaarste forten gericht, waarbij de aanvallers enkele duikbommenwerpers inzetten. De kazematten hielden echter stand en er werden enkele Duitse vliegtuigen neergeschoten. Voor her Duitse voetvolk betekende het innemen van Kornwerderzand dat ze een heel stuk over de kale Afsluitdijk moesten afleggen, waar ze recht in Nederlands vuur zouden lopen. Ze deden een poging. Rond zes uur in de namiddag naderden zeshonderd soldaten de stelling, maar toen ze op achthonderd meter afstand waren, openden de Nederlanders het vuur. De Duitse verliezen bleven beperkt, maar de commandant van de 1e Kavallerie Division, generaal Kurt Feldt, besloot zijn troepen terug te trekken (een brute verovering zou veel Duitse levens gaan kosten) en met scheepsruimte over het IJsselmeer te gaan en ten noorden van Amsterdam te landen. Daarmee eindigde de belegering van Kornwerderzand. Op 15 mei gaf Nederland zich over na het bombardement op Rotterdam. De Stelling Kornwerderzand is de enige Nederlandse stelling die de Duitsers in de meidagen van 1940 wist tegen te houden en de Slag om de Afsluitdijk is een van de zeldzame confrontaties die de Duitsers tijdens hun Blitzkrieg tegen West-Europa verloren.

Vooral de inmiddels omstreden publicist Eppo Brongers heeft hert verhaal over een zware Duitse aanval veel kracht gegeven en de mythe de wereld in geholpen dat er een groot bloedbad onder de aanvallende Duitsers zou zijn aangericht door de verdedigers van het sluiscomplex te Kornwerderzand. Er zouden vele honderden Duitsers zijn gesneuveld. Deze verhalen kwamen voort uit geruchten tijdens en kort na de meidagen in 1940 van bewoners in de regio die zeiden vrachtwagens vol lichamen te hebben gezien. In werkelijkheid kwamen slechts drie Duitse militairen om het leven bij de ‘aanval’ en nog twee bij een eerdere verkenning. In werkelijkheid is volgens de Duitse oorlogsjournalist Leo Leixner, die ter plekke aanwezig was, slechts sprake van een ‘gewaltsame Aufklärung’ (gewapende verkenning) om te beoordelen of de vijand bereid was zich te verdedigen, te bekijken hoe sterk de verdedigingsmiddelen waren en welke artillerie er was en om mogelijke mijnen onschadelijk te maken en een bunker uit te schakelen. Een lezing die inmiddels ook door het Nederlands Instituut voor Militaire Historie wordt onderschreven. Het Kazemattenmuseum overigens blijft vasthouden aan de mythe dat 255 Nederlandse militairen via dapper verzet ruim 17.000 Duitse soldaten wist tegen te houden. De kapitein en chef-staf van de landmacht I. L. Uyterschout, die in de meidagen van 1940 op en rond de Afsluitdijk was, schreef in zijn verslag over de gevechten bij de Afsluitdijk: ‘In totaal zijn 2000 à 2400 man aan Duitsche zijde gesneuveld of gewond bij de pogingen de toegang tot den Afsluitdijk te forceeren en bij het optreden tegen Kornwerderzand’. Door dit soort aangedikte en verzonnen verhalen destijds van militairen en de bevolking kon de mythe van een bloedbad met vele honderden doden ontstaan. In werkelijkheid waren maar zo’n 600 Duitse militairen betrokken bij de aanval op de Afsluitdijk. Er vielen aan Duitse kant slechts vijf doden en ongeveer dertig gewonden.


Dit item was geplaatst door Muis.
%d bloggers liken dit: