DE DRIE GRATIËN – 056

056 - Constant PermekeDe Belgische schilder en beeldhouwer Constant Permeke (Antwerpen, 31 juli 1886 – Oostende, 4 januari 1952) geldt als een van de leidende figuren van het Belgische expressionisme. In 1893 stichtte zijn vader Henri Permeke, die landschapsschilder was, in Oostende het Stedelijk Museum voor Kunst. Permeke studeerde van 1903 tot 1906 aan de Brugse Academie, waar Achiel Van Sassenbrouck een van zijn medeleerlingen was. In 1906 verbleef hij voor zijn militaire dienstplicht in Gent, waar hij zich aan de Universitaire Compagnie’ inschreef voor avondlessen. Hier ontmoette hij Frits van den Berghe (1883-1939) en de broers Gustaaf De Smet (1877-1943) en Léon De Smet (1881-1966). Na zijn militaire diensttijd keerde hij in 1908 terug naar Oostende waar hij bij Gustaaf De Smet introk. Een jaar later keerde hij terug naar Sint-Martens-Latem, waar hij ook tijdens zijn militaire diensttijd verbleef. Hier woonde hij in kluizenaarschap en zijn werk werd in deze periode gekenmerkt door ‘een zwaar penseel’, met veel expressieve kracht door brutale vormen en donkere kleuren. In 1912 trouwde Constant Permeke en vestigde ze zich in Oostende. Bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog werd Permeke opnieuw opgeroepen voor militaire dienst en ingezet bij de verdediging van Antwerpen. Hij raakte toen in Duffel zwaargewond en werd vanuit het lazaret van Antwerpen overgebracht naar Groot-Brittannië om te herstellen. Na de oorlog keerde hij terug naar Oostende, waar zijn werk door zijn eigen levenservaringen maar ook door de constante confrontatie met het harde leven van de vissersfamilies in zijn directe omgeving erg duister en depressief was. In de twintiger en dertiger jaren kreeg zijn werk steeds meer waardering en had hij tentoonstellingen in Parijs en in Zwitserland. In 1929 verhuisde hij naar Jabbeke, waarmee het onderwerp van zijn schilder- en tekenwerk veranderde van het harde vissersleven naar het leven van de ploeterende boerenbevolking. In Jabbeke ontplooide Permeke de barokke kracht van zijn werken in een enorme productiviteit. Meesterwerken uit die periode zijn Gouden Oogst (1935), De Grote Marine (1935) en Moederschap (1936). In 1934 kreeg hij internationale erkenning door zijn deelname aan de Biënnale van Venetië. Vanaf 1937 ontpopte Permeke zich als beeldhouwer. Vanaf 1938 tot na de oorlog hield hij zich hoofdzakelijk bezig met tekenen en het vervaardigen van beelden. In deze periode maakte hij onder meer deze tekening van De Drie Gratiën.

056 - Constant Permeke - Drie Gratiën 3

Dit item was geplaatst door Muis.